HulstlanderDe Hulstlander is een levendig konijn, dat zijn pittege karakteren zijn overeenkomst met zijn wilde soortgenoot het beste demonstreert bij een grootte van ruim twee kilogram.Het ideale gewicht is dan ook vastgelegd op 2.50 kg.De voorlopige standaard vermeld:minimum 2.0 kg.(6punten),Idiaal 2.25 kg.(10 punten)en maximum 2.75 kg.(8punten).Hier is een foutje ingeslopen;het is vanzelfsprekend dat voor 250 gram minder dan het idiale gewicht 4 punten word afgetrokken en voor 500 gram mèèr maar 2 punten.De oorzaak is dat door mij in de concepttekst was voorgesteld ;500gram.De standaardcommissie houd dat liever op 750 gram. Bij het juist idiaal gewict van 2.25 kg.zullen de grenzen dan worden;min. 1.75 kg. en maximum 2.50 kg.Dat sluit ook beter aan bij het volgnummer in de standaard namelijk 46a, dus nà de Rus die ook gewichtsgrenzen heeft van 1.75 tot 2.50 kg.Bij de definitieve erkening word èèn ander nader vastgelegd en vastgesteld. Voor de fokker èn keurmeester geld voorlopig:houdt rekening met het juiste ideaalgewicht van 2.25 kg.(Bij de definitieve erkening erd het gewicht vast gesteld op 2.00 – 2.75 kg. met een ideaalgewicht van 2.40 – 2.70 kg. waarvoor 10 punten word uitgetrokken.)

3.Pels:
Er word een pels gevraagd van normale lengte,met voldoende onderwol en met glans.In de pelsstructuur zal voorlopig nog wel enig verschil blijven doordat met name de ‘Hermelin’een wat stuggere pels heeft mee gebracht.Bij de lichte en bij de zware fouten wordt aangegeven dat de pels iets, of te lang,of te dun en of te stug kan zijn.Let wel :een wat zachtere pels wordt bewust niet als fout genoemd.Het ligt ook in het fokdoel opgesloten dat voor de Hulstlander een wat zachtere pels als het ideale wordt gesteld.

Hulstlander14.Kopvorm:
De kop heeft een specifieke vorm, n.l. vanaf de oren t/m de neus licht gebogen. Dus niet een sterkgebogen , geheel ‘ronde’ kop zoals we die bij het Pooltje kennenen evenmin de normale kopvorm waarbij het neusbeen vrijwel recht is,De gewenste lichtgebogen vorm valt het best te constateren als men het dier van de zijkant beziet.Ook moet het kopje(van de voorkant bezien) genoeg breedte tussen de ogen hebben.Daarnaast wordt vooral bij de rammen,maar ook bij de voedsters,nog verlangd dat de wangen goed onwikkeldzijn.Deze kopvorm mag worden gezien als specifiek raskenmerk en speelt dus ook bij de fok èn bij de show-waarde een belangrijke rol mee. Een geringe afwijkingbij de gewenste vorm wordt nog aangemerkt als een lichte foutmaar een in zijn geheel te weinig ontwikkelde kop geldt dan ook als een zware fout.

5.Oren:
Er worden oren verlangd die aan de algemene eisen voldoen; stevig van structuur, goed afgerond en dicht behaard en die ook V-vormig worden gedragen. De ideale lengte is ongeveer 9 cm, met een minimum van 8 cm, en een maximum 10 cm. Vanzelfsprekend draagt een mooi stel oren veel bij in het algemene voorkomen van onze raskonijnen. Dit nieuwe ras heeft hiermee als regel opvallend weinig moeite mee, maar er moet wel voor gewaakt worden dat dit ook zo blijft. Er wordt echter bij de ideale lengte beslist niet ‘gemillimeterd’.

6.Kleur:
Voor elk wit konijn wordt verlangd dat het ook helderwit op de show verschijnt.Er mag wel op geattendeerd worden dat de structuur van de pels hierin ook een woordje meespreekt. Daaromis voor de Hulstlander ook een iets zachte pels gewenst omdat deze zachtheid de helderwitte kleur zeer ten goede komt.Voor de kleur van de ogen (iris) is alleen voorgeschreven dat deze lichtblauw is.Dat is eigen aan de leucistiche erffactoren die dit ras voert.bij een wit konijn zijn de nagels uiteraard “kleurloos”.

7.Conditie:
Over de conditie van de Hulstlander behoeft niet worden uitgeweid. Voor al onze konijnen geld dat ze er op hun paasbest moeten zijn om mee te doen aan een schoonheidswedstrijd.

HulstlanderNaam en karakter Hulstlander :
De naam van dit nieuwe ras is ontleend aan de streek waar wij wonen. Op landkaarten van mèèr dan 150jaar oud komt de aanduiding voor “De Hulstlanden”.Deze strook grond eindigt inde Staphorster Staatsbossen met natuurreservaten waarin nu nog de wilde konijnen in grote getale voorkomen. De officiële naam “Het Hulstlandkonijn”geeft een verwijzijng daarnaar. De meer populaire is inmiddels geworden; De Hulstlander.Dit witte leucistische konijn, dat is gefokt uit geheel gekleurde dieren, heeft een bijzonder speels en levendig karakter.Het is vriendelijk in de omgang en goed vruchtbaar met nesten van 4 tot 6 jongen.

Tenslotte:
Het ras Hulstlander is nog heel jong en het kan niet uitblijven dat er door atavisme (dus door terugslag) t.z.t. dieren verschijnen die het beeld van hun voorouders zullen terug geven. Het is echt niet zo dat alle jongen uit het nest geschikt zijn voor verdere fok en voor de tentoonstelling. En om niemand al te enthousiast te maken moet even worden vermeld dat alle witte konijnenmet blauwe ogen aanleg kunnen hebben voor epilepsie,beter bekend als ‘vallende ziekte’.Deze ongewenste eigenschappen kunnen in enkele jaren verdwijnen als er maar een goede selektie plaats vindt. 1eHet type moet kort en gedrongen blijven.Voor telange dieren mag men tolerant zijn. 2e De juiste kopvorm is een zeer belangrijk onderdeel. Men moet blijven letten op de juiste lichte ronding vanaf de oren t/m de neus en ook de sterk ontwikkelde wangen moetenbehouden blijven. 3e Voor het gewicht is het wenselijk dat voor de fok èn voor de shows de voorkeur wordt gegeven aan dieren die het ideale gewicht van ongeveer 2.25 kg. benaderen.

Bijzonderheden
De Hulstlander wordt op beperkte schaal gehouden door sportfokkers. Als huisdier voor kinderen is het wellicht te temperamentvol.