Opvoeden hond

Als je een pup hebt aangeschaft is het aan te bevelen om een puppy cursus te gaan volgen, het liefst bij een hondenschool of vereniging met gediplomeerde instructeurs.

Uitgangspunt bij alle honden is dat je als baas als roedelleider gaat en zult optreden. Als je je taak als roedelleider gaat verwaarlozen zal de hond dit gaan overnemen met als gevolg dat de hond kan gaan dreigen, grommen en bijten om zijn positie te waarborgen.

De hond lijkt misschien niet meer op de wolf maar in zijn gedrag is er nog een nauwe verwantschap.

Een goede baas is duidelijk, eerlijk en consequent, misschien streng maar rechtvaardig naar zijn hond toe, er zijn voor de hond duidelijke regels.

Je hoeft niet altijd consequent te zijn, een roedellijder kan zich ook wel eens een wat losse houding permitteren zonder dat zijn leidersschap in gevaar komt.

Hoe doen we dat dan, de rangorde bevestigen?

Er zijn hier voor verschillende mogelijkheden zoals: gehoorzaamheidoefeningen, borstelen, voorop lopen, bepalen wanneer er gespeeld wordt en zelf het spelen altijd beëindigen en winnen, als eerste eten, hand over de snuit leggen, over de hond gaan staan, de hond niet op de bank, bed of stoelen laten, als eerste de deur uit gaan, hond hoort opzij te gaan voor de baas.

Als je een hond hebt die niet dominant is dan zullen dit soort dingen geen probleem zijn en ook bij dominante honden hoeft dit ook geen probleem te zijn, het kan echter wel een probleem worden.

Ongewenst gedrag altijd negeren en gewenst gedrag altijd belonen, kan met een beloning of een aai en je stem, niet het woord “Braaf” gebruiken, dit heeft geen aangename klank, zeker niet bij mannen, die hebben vaak al een lage stem, gebruik liever “goed zo”.

Opvoeden betekent eigenlijk het gewenste gedrag belonen en het ongewenste gedrag negeren. Een goede timing is essentieel, de beloning of straf moet op het juiste moment komen, d.w.z. binnen 1 tot 3 seconden.

Voorbeeld: Je komt thuis en de hond heeft aan de trap gegeten, je straft de hond en de hond denkt dat de straf te maken heeft met jou thuis komen, een hond kan “schuldig” kijken maar hij reageert op de intonaties van je stem en niet de woorden die je zegt.

Je kunt dit b.v. voorkomen door je hond in een bench te laten of zijn speeltjes/kluiven bij hem te leggen zodat hij niet aan de trap gaat kluiven, voorkomen is beter dan genezen.

Bench Training

Als de hond er aan gewend is zal hij het zien als veilige plek, de hond kan niets kapot maken als je er niet bent, kan helpen bij zindelijkheidstraining de hond wil (liever) niet zijn slaapplek bevuilen.

Je kunt om te beginnen de hond iets lekkers geven in de bench om op te eten, een kluif en zijn voer, het deurtje blijft open, en je geeft het commando “plaats” of “mand”.

Als de hond rustig in de bench blijft, met open deurtje, kun je de hond er ook in doen als hij wil gaan slapen, als hij gaat liggen beloon hem dan, gaat hij er uit, breng hem dan rustig weer terug en geeft weer het commando erbij en belonen als hij het goed doet.

Gaat de hond er uit zich zelf in liggen en slapen dan kun je het deurtje dicht doen, belonen als hij niet gaat blaffen en/of janken.

Mocht hij dat laatste gaan doen, negeer hem dan, kijk hem ook niet aan, bestraf hem ook niet. Als hij weer rustig en stil is beloon hem dan.

Bouw dit langzaam op en ga dan ook een even weg, kom terug voordat de hond onrustig wordt en bouw ook dit uit.

Wanneer beginnen

Zo snel mogelijk om een goede basis te leggen (bij pups). Bij een erkende hondenschool of vereniging met (het liefst) gediplomeerde instructeurs.

Eerst thuis oefenen in een prikkelarme omgeving, b.v. in de huiskamer, dan b.v. in de tuin en dan op straat. Altijd aangelijnd om te voorkomen dat de hond de fout in gaat en om de oefening “af te dwingen” b.v. bij het commando “Hier”.

Het hele gezin moet de zelfde commando’s gebruiken en geen commando’s gebruiken als je het niet op een goede manier kunt oefenen/uitvoeren. Oefen diverse malen per dag, maximaal 5- 10 minuten.

Oefen niet als de hond moe is en geen aandacht voor je heeft. Geeft de hond de kans de oefening goed uit te voeren en blijf altijd rustig en kalm, belonen als de hond het goed doet, op het juiste moment.

Gebruik een niet te lange riem, juiste lengte ongeveer 1 meter â 1,5 meter. Gebruik geen slipketting bij pups maar een passende halsband. Voor volwassen honden kan een slipketting, half – toesnoerende halsband gebruikt worden, maar ook een Halti en Gentle-leader.

Een Halti kun je vergelijken met een halster voor een paard, men noemt het ook wel een hoofdtuigje. Geschikt als de hond erg sterk is en de geleider niet, als de geleider last heeft van b.v. rugklachten, dus lichamelijke gebreken heeft, je corrigeert de hond niet via de hals maar via het hoofd.

Met weinig kracht kun je het hoofd afwenden van de prikkel b.v een kat. Als je een rollijn (of lange riem) gebruikt in combinatie met een Halti mag je nooit de hond weg laten rennen en dan ineens een ruk geven! De hond kan dan zijn nek breken, een nekhernia kan optreden en rugproblemen. De Halti is er in 5 maten.

Een Gentle-leader is eenvoudiger, bestaat alleen uit een riem over de neus en een riem over de hals, beide zijn verstelbaar. Wordt veel gebruikt als correctie middel bij trekkende honden. Is verkrijgbaar in 3 maten.

Een slipketting is een ketting die net over het hoofd moet kunnen. De slip hoort een “P” te vormen om de nek van de hond, het bovenste deel is de slipketting , het rechte stuk is de riem.

Je hoort te corrigeren net voordat de hond het ongewenste gedrag laat zien, anders beloond de hond zich zelf. De correctie moet naar beneden toe gericht zijn.

Een half – toesnoerende halsband kan zowel corrigerend als niet corrigerend gebruikt worden. Kan op maat blijven zitten, de slipketting zakt vaak wat af.

Fouten

Ongewild belonen van het gedrag van de hond.

De hond wil aandacht en begint b.v. te blaffen, de baas komt thuis, moppert wel maar het gedrag is al beloond. De hond kan ook aandacht trekken door de baas uit te dagen voor een spelletje.

Het troosten van b.v. angstig gedrag, als de hond bang is en angstig gedrag laat zien dan gaan mensen vaak de hond aaien en troostend toespreken, daarmee beloon je het angstige gedrag, en de hond zal steeds angstiger worden.

Ook het op tillen van kleine en jonge honden als er een grote hond aan komt is niet goed, de kleine hond kan dan vanaf een hogere positie goed te keer gaan en wordt ook nog eens gesteund door de baas, heeft hem immers op de arm.

Ook onbewust aaien en kriebelen van de hond kan als zodanig werken b.v. bij de dierenarts.

Straffen

Alleen om te voorkomen dat de hond in herhaling zal vallen. Immers we leren het gewenste gedrag aan door te belonen en dus te bekrachtigen.

Beter 1 x goed straffen dan 10 x het half doen. Ook met straffen is het beter om wat anders te bedenken, een afleiding, ter voorkoming van het ongewenste gedrag.

Straffen kan met de stem, geluid (voor het schrikeffect), correctie door de riem (een ruk aan de lijn, moet wel een neerwaartse beweging zijn, kort en krachtig), knijpen als lijfelijke straf (je imiteert dan de nekbeet) en pletten (de hond wordt in een snelle beweging op zijn zij gelegd en tegen de grond gedrukt, negeren, zonder iets te zeggen corrigeren, geur, wegjagen.

Voor de duidelijkheid: bovenstaande vormen van straffen kunnen juist voor nieuwe problemen zorgen. Dus richt je vooral op het belonen van gewenst gedrag en schakel een hondengedragstherapeut in als je er zelf niet uit komt.